Olympische kwalificatie in zicht voor Nederlandse kanosprintdames

22 augustus 2023

Olympische kwalificatie in zicht voor Nederlandse kanosprintdames

Vier Nederlandse kanosprinters hebben zicht op een Olympisch ticket. Op de WK in Duisburg, dat woensdag van start gaat, zijn zowel de Dames K2 als de Dames K4 kansrijk om zich te kwalificeren op de 500 meter. 

De Dames K4 (Selma Konijn, Wies Siffels, Ruth Vorsselman, en Anja Mus) bijt het spits af in Duisburg op 23 augustus. Het startsignaal klinkt om 12:30 uur. Een dag later is de K2 (Konijn en Vorsselman) voor het eerst aan de beurt. Zij starten om 10:49 uur. De K4 moet minimaal zevende worden voor een plek in de halve finale op vrijdag 25 augustus. De top drie van de halve eindstrijd plaatst zich voor de A-finale. Voor de K4 zou dat ook meteen een Olympische kwalificatie betekenen. Er plaatsen zich 10 boten direct voor de OS in Parijs. De A-finale vindt vervolgens plaats op vrijdag 25 augustus (15:47 uur).

De K2 moet woensdag minimaal op de zesde plaats eindigen. Er volgt dan een halve finale op zaterdag 26 augustus. Weten Konijn en Vorsselman daar bij de eerste drie te eindigen, dan treden ze aan in de eindstrijd, waarin zes boten direct geplaatst worden voor de OS. De A-finale wordt uiteindelijk gevaren op zondag 27 augustus (11:59 uur).

Ook Albart Flier bemachtigde een startplek op de WK, als enige Nederlandse man. Op 23 augustus (18:23 uur) start zijn eerste heat op de 1.000 meter. Op zondag 27 augustus vaart hij in de finale van de 5.000 meter.

Kitty Schiphorst-Preuper bemachtigde geen zetel in de K4, maar blijft wel een belangrijke reserve en vaart de K1 500 meter en 1000 meter. 

Belangrijk moment voor Olympisch ticket

Het WK in Duisburg is zeer belangrijk in het Olympisch traject, vertelt coach Nicole Bulk: “Als hier goed gevaren wordt, plaatsen boten zich direct voor de Olympische Spelen. De K2 en de K4 hebben al voldaan aan de Nationale eis. In 2024 is er nog wel een kwalificatiemogelijkheid. Daarnaast kan het zo zijn dat Nederland op basis van berekeningen toch een quotumplaats kan ontvangen. Dus het is niet de enige optie, maar wel de belangrijkste. Bovendien betekent goed varen op de WK dat een boot echt iets op de Olympische Spelen kan doen en dat is het allerbelangrijkst. Kwalificeren is een ding, maar echt vooraan kunnen meestrijden is het belangrijkst.”

De laatste keer dat een Nederlands sprintteam meedeed aan de Olympische Spelen, was in 1992. Jan-Dirk Nijkamp en Marc Weijzen deden toen in de K2 mee op de 500 en 1000 meter, maar wisten het podium niet te bereiken. De laatste Nederlandse sprintmedaille was in 1988. Annemarie Cox en Annemiek Derckx behaalden toen een bronzen plak. Cox deed later nog driemaal mee aan de Spelen, voor het Australische team (onder de naam Anna Wood). In 1996 kreeg ze opnieuw brons, samen met Katrin Borchert.

Deel dit artikel:

Wedstrijdsport kano & suppen

De partners van het Watersportverbond

}