Voordat ik er erg in had, was het gebeurd: in de laatste week van de zomervakantie stak ik mijn neus in andermans zaken. Aan de restauranttafel naast ons schoof een gezin, waar ik mijn aandacht niet vanaf kon houden. Vooral bij Laurens, een basisschoolleerling nog, spitste ik mijn oren. Hij sprak als het Brabantse neefje van Mark Rutte. Toen zijn vader hem vroeg hoe de vakantie was geweest, zei het kereltje: “Absoluut top papa, het liefste wat ik doe is zeilen en dat hebben wij bijna iedere dag gedaan.”
U begrijpt dat ik Laurens veel te vragen had.
Al snel bleek, dat hij pas een jaar geleden begonnen was. De vaarschool was zo leuk geweest, dat zijn vader een bootje voor hem had gekocht. Zijn zusje, ouders alsook een aantal vriendjes uit het hockeyteam waren inmiddels ook voor het zeilen gevallen. Laurens weet wel waarom: “In de maanden dat wij naar school moeten, hockeyen wij, maar in de zomervakantie willen we zeilen. Dan ben je een uitvinder in de natuur.”
Moeder verduidelijkte dat laatste punt: “Laurens vindt het leuk om te puzzelen. En bij het zeilen moet je puzzelen. Denk aan het gebruik van de giek, het zeil, de boot… Daarna ontdek je hoe je moet varen en hoe je de wind vangt. Zo ben je voortdurend jezelf aan het uitvinden, terwijl je lekker buiten bent.”
Ook vader mengde zich in het gesprek. Van huis uit had hij nooit wat meegekregen over de sport, maar was er inmiddels zo verslingerd aan geraakt, dat hij zo lang mogelijk door wilde blijven varen. Pas na de herfstvakantie zou hij de winterstalling op gaan zoeken. Hun vaste zeilplek? Het Pielekeswater in Bergen op Zoom.
Zo simpel is het dus, dacht ik: zeilen is ideaal voor nieuwsgierige jongens en meisjes, die op hockey zitten en het fijn vinden om buiten in de natuur te zijn. Als wij hen enthousiast weten te maken en de sport nog meer positioneren als één groot zomervakantieavontuur, waarbij je niets tussen je huiswerk hoeft te proppen, maar wel iets onvergetelijks leert, is de zomer van ons.
Een overpeinzing die misschien wel meer verdient.
Zouden wij bijvoorbeeld niet kunnen kijken of er samenwerkingen mogelijk zijn tussen watersportverenigingen en hockeyclubs? Zodat zij in de zomervakantie samen leuke activiteiten kunnen organiseren? Nu moet u weten, dat deze nieuwsbrief ook naar de mailbox wordt gestuurd van Erik Gerritsen, de directeur van de hockeybond. En laat die nou net als wij kantoorhouden in hetzelfde gebouw.
Ik zal een balletje bij hem opgooien.
Reageren?
Arno van Gerven is directeur van het Koninklijk Nederlands Watersportverbond. Iedere week snijdt hij actuele onderwerpen in de watersport aan. Wil je reageren? Doe dat op arno.van.gerven@watersportverbond.nl.
